main-logo
Rekenen-wiskunde in de ISK
Inspiratie

Handreiking voor gedegen reken-wiskundeonderwijs!

Taal in rekenen

Leren rekenen door meer aandacht aan taal te besteden

Vakoverstijgend werken: samenwerken met (docenten van) andere vakken

Aanleren van vaktaal

Haal voordeel uit het gebruiken van de denktaal/thuistaal

Leren rekenen door meer aandacht aan taal te besteden

Meertalige leerlingen hebben extra tijd en hulp nodig om zich de rekentaal eigen te maken. Als docent kunnen we hen daarmee helpen door aan de taal extra aandacht te besteden. Binnen de taalwetenschap wordt dit vaak ‘scaffolding’ genoemd: steigers bouwen. Het kenmerk van steigers is dat je ze eerst opbouwt om je huis te kunnen verbouwen, maar dat je ze ook weer afbreekt als het klaar is. De hulp wordt dus geboden zolang het nodig is, maar als leerlingen zelf verder kunnen, ga je ook steeds minder tussenstapjes aanbieden.
Wat betekent dit voor je klas?

“Het klinkt tegenstrijdig, maar leerlingen hebben taal nodig om te leren rekenen. Daarom is het belangrijk dat er aandacht is voor taal in de rekenles.” (NRO, 2020)

Vakoverstijgend werken: Samenwerken met (docenten van) andere vakken

Het helpt om rekenen terug te laten komen in andere vakken. Zo leren leerlingen dat je de sommen uit de reken-wiskundeles nodig hebt om je in de maatschappij te kunnen redden. Daarmee draag je bij aan de zelfredzaamheid van leerlingen.

  • Laat de woordenschat die je aanleert bij rekenen-wiskunde terug komen bij NT2, burgerschap, LOB, creatieve vakken, enz.:
    • Zorg in de jaarplanning voor voldoende overlegmomenten tussen de vakgroepen, zodat je zicht hebt op welke rekendoelen in andere vakken versterkt kunnen worden.
    • Zorg ervoor dat elke leerling een woordenschrift krijgt.
  • De theorie uit de reken-wiskundeles omzetten naar praktische vaardigheden:
    • Koppel in iedere les het reken-wiskundedoel aan een situatie of vaardigheid in de praktijk waar je dit reken-wiskundedoel gebruikt.
    • Voorbeelden:
      • Minuten en seconden combineren met sport (bijvoorbeeld shuttle run test).
      • Verhoudingstabellen combineren met kookles (bijvoorbeeld hoeveelheden omrekenen naar aantal te maken koekjes).
      • Geld en procenten combineren met shoppen (hoeveel korting?).
      • Klokkijken combineren met bus en trein vertrekborden.
      • Ruimtelijke figuren combineren met handvaardigheid (dobbelsteen maken).
    • Je zou hiervoor gebruik kunnen maken van de vertaalcirkel.
    • Onthoud dat leerlingen die niet goed lijken te zijn in sommen maken, soms toch goed kunnen rekenen: streetwise rekenen.
    • Bekijk als voorbeeld voor route 1 eens de taakkaarten met werkopdrachten voor VSO en praktijkonderwijs. De taakkaarten zijn praktisch, gebaseerd op situaties uit het dagelijks leven en sluiten aan bij de doelen voor Nederlands en rekenen (1F) die genoemd worden in de publicatie Passende perspectieven – Doelenoverzicht taal en rekenen bij de sectoren.

Aanleren van vaktaal

Er zit meer taal in de reken-wiskundeles dan je op het eerste gezicht zou denken. Leerlingen hebben taal nodig om de les te kunnen volgen, om mee te kunnen praten in de reken-wiskundeles en bij het oplossen van opgaven. Het ontwikkelen van de benodigde taal voor rekenen-wiskunde is dus noodzakelijk.

  • Denk aan het gebruik van de basiswoordenlijst van ITTA.
  • We zeggen steeds dat er voor de ISK geen specifieke methodes zijn, omdat de niveauverschillen zo groot en de achtergronden van leerlingen zo divers zijn. Eén methode is eigenlijk niet mogelijk.

Er is een uitzondering voor het aanleren van de vaktaal, daarvoor is een methode die altijd gebruikt kan worden in combinatie met een passende methode voor reken-wiskunde leerstof:

  • Wisk-X en Wisk-Y van uitgeverij Boom:
    • WISK-X is geschikt voor leerroute 1 en 2, WISK-Yis geschikt voor leerroute 3.
  • Maak gebruik van de eigen taal van de leerling. Als je meerdere talen spreekt, zijn deze talen in je hersenen met elkaar verbonden. Dat betekent dat het (verder) ontwikkelen van iemands moedertaal voordelig is voor ontwikkeling in andere talen. Met andere woorden, het is dus zinvol iemands moedertaal niet te negeren, maar te benutten. (Onderwijskennis.nl)
    • Geef leerlingen gelegenheid om in groepjes in een steuntaal te praten, leg daarna steeds het verband met de begrippen in het Nederlands.
    • Zie ook voorbeelden in de presentaties van Jantien Smit en Lianne Stolte.

Haal voordeel uit het gebruiken van denktaal/thuistaal

Het benutten van meertaligheid heeft positieve effecten op cognitief vlak (zoals betere toegang tot de vak-inhoud en betere taalontwikkeling) en op sociaal-emotioneel vlak (zoals meer zelfvertrouwen en meer motivatie).

  • Benutten van thuistaal bevordert gelijke onderwijskansen:
    • Wees bewust van de talenkennis van je leerlingen:
      • Zeg niet: “ Je spreekt geen Nederlands.” maar accentueer het feit dat ze 3/4/5/.. andere talen spreken. Ga uit van een positieve benadering
  • Nederlandse vakwoorden worden sneller verankerd bij gebruik van thuistaal in de les.
  • Taalkundig en psychologisch onderzoek laat zien dat verschillende talen elkaar kunnen versterken. Lees hierover meer, bijvoorbeeld op de website van nt2.sites.uu.nl.
  • Advisering:
    • Zorg voor bewustwording bij docenten over het belang van gebruik van thuistaal tijdens de les.
    • Maak bij rekenen-wiskunde onderwijs eventueel gebruik van Google Translate.
    • Laat leerlingen onderwerpen met elkaar in de steuntaal bespreken.
    • Je kunt leerlingen thuis met hun ouders een onderwerp laten voorbereiden waardoor ze de voorkennis in hun eigen taal kunnen activeren.
    • Meertaligheid inzetten kan op verschillende manieren. Je aanpak hangt af van het doel van de les. Praktijkvoorbeelden van het inzetten van meertaligheid in de les. (Onderwijskennis.nl)

Deel deze pagina