Veelgestelde vragen

Op deze pagina vind je antwoorden op onze meest gestelde vragen.

Veelgestelde vragen

Veel vragen zijn gesteld over Oekraïense ontheemden. Deze hebben we met de antwoorden op een rij gezet. Misschien staat jouw vraag er ook tussen.

Oekraïense ontheemden

  • Hebben Oekraïense kinderen volledig Nederlands onderwijs gevolgd sinds hun aankomst in Nederland?

    Nee, sommige Oekraïense kinderen hebben onderwijs gevolgd in een TOV in de periode tussen 2022-2024. Deze tijdelijke onderwijsvoorzieningen werden opgericht om de grote toestroom van vluchtelingen op te vangen. In deze onderwijsvoorziening kan het zijn dat leerlingen enkel gedeeltelijk onderwijs hebben gevolgd, in het Oekraïens en/of het Nederlands. Deze TOV-locaties zijn allemaal per 1 juli 2024 gesloten. Het is goed dat leerkrachten van ontvangende scholen bij doorstroom hiervan op de hoogte zijn. Ga hierover in gesprek.

  • Sommige (Oekraïense) nieuwkomersleerlingen spreken nog weinig Nederlands. Hoe komt dat en wat kan ik doen?

    Doordat deze leerlingen buiten school weinig spreekkansen hebben in de Nederlandse taal, kan de ontwikkeling anders verlopen t.o.v. andere nieuwkomers. Denk aan de leerlingen die in een opvanglocatie voor Oekraïense ontheemden wonen. Ga na welke invloed jullie kunnen uitoefenen op het creëren van spreekkansen, zowel binnen als buiten school.

    Ook kan het meespelen dat Oekraïense kinderen nog weinig naar school geweest zijn vanwege de Covid-lockdown en de daarna uitgebroken oorlog. Veel Oekraïense kinderen hebben hierdoor structureel school gemist. Zij zullen daarom moeten wennen aan het naar school gaan.

    Tevens is het perspectief van invloed. Als het perspectief van het gezin op spoedige terugkeer naar Oekraïne is gericht dan heeft dit invloed op de motivatie om deze nieuwe taal te leren. Ga met ouders in gesprek hierover. Ouders willen het beste onderwijs voor hun kind, vind een gezamenlijk perspectief.

  • Sommige (Oekraïense) nieuwkomersleerlingen lijken ongemotiveerd. Hoe komt dat en wat ik doen?

    Wanneer je denkt dat je ieder moment terug kan gaan naar je land van herkomst is het begrijpelijk dat je je afvraagt waarom je naar school moet en Nederlands moet leren. Het is belangrijk om uit te leggen aan leerlingen dat alles dat nu geleerd wordt meegenomen kan worden in de verdere schoolloopbaan, ongeacht in welke taal ze iets leren. Kennis blijft kennis.

  • Sommige (Oekraïense) nieuwkomersleerlingen lijken moeilijk aansluiting te vinden bij andere leerlingen in de groep. Hoe komt dat en wat kan ik doen?

    Het kan zijn dat deze leerlingen een lange tijd niet gewend zijn om met anderen te spelen/samen te werken. Daarnaast kan het zijn dat zij zich nog niet voldoende zelfverzekerd voelen om te communiceren in een gemeenschappelijke taal. Sommige leerlingen hebben vaak afscheid moeten nemen en sluiten daardoor niet aan.

    Organiseer momenten waarin kleine groepjes samengewerkt of gespeeld wordt. Denk daarbij eerst aan non-verbale activiteiten en bouw dit uit. Bijvoorbeeld door samen aan een creatieve opdracht -tekening/kleurplaat- werken.

    Oefen met de leerlingen om tot samenspel/-werken te komen. Bijvoorbeeld door rollenspel waarin wordt geoefend hoe je iemand kunt vragen om te spelen of samen te werken. Of door een kort moment mee te spelen/werken. Maak gebruik van diverse coöperatieve werkvorm.

  • Het lijkt alsof een deel van de ouders het Nederlandse onderwijs niet zo belangrijk vinden. Is dit wel echt zo en wat kan ik doen?

    Ouders willen het beste voor hun kind, maar zijn vaak veel bezig met het thuisland wanneer er oorlog gaande is. Het is van belang om ouders uit te leggen dat de onzekerheid van terugkeer invloed heeft op het schoolsucces en de motivatie van hun kind. Wanneer ouders aan kinderen kunnen uitdragen dat op dit moment in het Nederlands naar school gaan belangrijk is en waarom, draagt dit bij aan het leren op school. Ga hierover in gesprek met ouders.

  • Wij denken dat de leerling getraumatiseerd is. Wat kunnen wij doen?

    Niet alle leerlingen die traumatische gebeurtenissen meemaken zijn getraumatiseerd. Vaak kunnen kinderen door positieve ervaringen, rust en regelmaat deze gebeurtenissen zonder professionele zorg verwerken. Blijf leerlingen goed observeren en meenemen binnen de zorgstructuur van de school en verdiep je in Traumasensitief onderwijs – LOWAN. Verandert of verergert het gedrag? Dan is het goed om zorgprofessionals in te schakelen, bijvoorbeeld via het SWV.

  • De toetsscores van sommige leerlingen vallen tegen. Hoe komt dat en wat kan ik doen?

    Een taal leren duurt gemiddeld vijf jaar. Laat de leerling zoveel mogelijk meedoen met de groep door het onderwijsaanbod te versterken. Dit doe je o.a. door het bieden van taalsteun bij alle vakken en het gebruikmaken van de thuistaal. Sluit aan bij de belevingswereld passend bij de leeftijd. Kijk bij welk niveaugroepje de leerling kan aansluiten.

    Als de leerling bij een bepaald vakgebied nog een grote inhaalslag moet maken t.o.v. zijn leeftijdsgenoten kunnen de LOWAN-leerlijnen worden gebruikt om het onderwijsaanbod af te stemmen en te versnellen.

  • Hoe ziet het onderwijs in Oekraïne eruit?

    Ria Goedhart heeft het schoolsysteem in Oekraïne beschreven: Schoolsysteem Oekraïne . Een heel groot verschil is dat basisschool (Pochatkova osvita)  in Oekraïne vanaf 6 jaar tot 10 jaar is.

  • Sommige leerlingen volgen ook Oekraïense school. Kunnen ze dit blijven doen?

    Ga met de ouders in gesprek. Hoeveel tijd per dag is er nodig voor deze lessen? Ga gezamenlijk op zoek naar een passende oplossing. Het is niet mogelijk ‘zomaar’ alleen halve dagen les te geven. We vallen onder de onderwijswet.

    Hoor welke lessen dit zijn. Stel dat er rekenlessen tussen zitten. Is het mogelijk dat tijdens de rekentijd een leerling een stuk van de Oekraïense stof doet maar tevens een aantal rekenbegrippen in het Nederlands leert? Sluit de stof aan?

  • Waarom organiseert het COA niet de opvang?

    De opvang wordt geregeld en gecoördineerd door de veiligheidsregio’s samen met de gemeenten. Het COA zorgt niet voor de opvang omdat Oekraïners geen asiel hoeven aan te vragen.

    Vluchtelingen uit Oekraïne mogen door een ‘Tijdelijke beschermingsrichtlijn’ met onmiddellijke ingang werken of opleidingen volgen in de EU-landen waar ze naar zijn uitgeweken. Ze hebben recht op onderkomen, op sociale bijstand, financiële ondersteuning en medische zorg. Kinderen mogen in het opvangland naar school. Ze krijgen een speciale verblijfsstatus voor een jaar, deze kan ook nog 2 keer met een half jaar worden verlengd.

    Oekraïense vluchtelingkinderen zien we in heel verschillende vormen opgevangen worden in Nederland:

    • In gezinnen, soms bij familie
    • In grotere opvang voor 20-100 mensen die gemeenten in samenspraak met de veiligheidsregio’s aanbieden
    • In grote opvanglocaties met landelijke coördinatie zoals Harskamp en Amsterdam
    • In Ter Apel, COA en mogelijk al in asielprocedure
  • De oorlog houdt ons allemaal bezig. Hoe ga je hierover met kinderen of ouders in gesprek?

    De oorlog tussen Rusland en Oekraïne houdt ons dagelijks bezig. Ook kinderen ervaren de onrust om hen heen. Ze betrekken de oorlogsinformatie op hun eigen leven. Hoe ga je als ouder om met de vragen van je kind over de oorlog? En waar moet jij in jouw werk als jeugdprofessional of beleidsmaker rekening mee houden in het contact met kinderen, ouders en collega’s? Op die vragen geeft het Nederlands Jeugdinstituut antwoord.

    Informatie van Nederlands Jeugdinstituut NJi voor onderwijs, ouders en zorgprofessionals
  • Hoe is de zorg en ondersteuning voor vluchtelingen uit Oekraïne?

    Oekraïense vluchtelingen krijgen een speciale status waarmee ze voorlopig in Nederland kunnen blijven. Hiermee hebben zij ook recht op zorg, inclusief de Jeugdgezondheidszorg. Kinderen hebben recht op onderwijs. Omdat mensen zelf geen Nederlandse zorgverzekering hebben, wordt de zorg vergoed via de Subsidieregeling Onverzekerden van het CAK. Het gaat dan om  medische noodzakelijke zorgkosten, oftewel zorg die valt onder de basisverzekering. Huisartsen, ziekenhuizen, verloskundigen en apotheken kunnen de kosten bij het CAK declareren.

    Meer informatie – ga naar Pharos

Staat je vraag er niet bij?

Neem contact met ons op!