Doorstroom
Waarop baseer je het advies? Is er een extra toets? Welke tips kan je meegeven aan het VO?
Doorstroom naar het voortgezet onderwijs
Het is lastig. Vaak is de nieuwkomer nog maar kort in Nederland, waarop baseer je het advies? Op het leerrendement van de afgelopen tijd? Op de huidige toetsscores? Op ‘je gevoel’? Op een IQ resultaat van een non-verbale test? Vaak op een mix van het bovenstaande. Hieronder meer informatie. De meeste informatie is ontstaan vanuit ervaring met zowel input vanuit het nieuwkomersonderwijs als het VO.
Wat verwacht het VO?
Een leerling die instroomt in de brugklas
In de nieuwkomersschool in Haarlem wordt ernaar gestreefd dat leerlingen met de gevraagde resultaten uitstromen naar een bepaalde vorm van voortgezet onderwijs. De ervaring van de afgelopen jaren heeft laten zien dat bij het behalen van streefdoelen (zie afbeelding hiernaast en via link), de leerling met succes het VO kan doorlopen. Dit schema is niet alleen handig als leidraad voor de leerkrachten, maar het helpt ook heel goed bij de uitleg aan ouders.
VO schema
Hoe bepaal je het advies?
Welke toetsen kan je afnemen?
Je neemt methode onafhankelijke toetsen af. Die zijn bijvoorbeeld AVI/ DMT- toetsen, CITO 3.0 begrijpend lezen, CITO rekenen. In plaats van de CITO rekenen kan ook de schoolvaardigheidstoets rekenen/wiskunde (BOOM) ook heel goed gebruikt worden.
Wel of niet een IQ toets?
De nieuwe SON-R is een alternatief voor de verouderde WNV (Wechsler Non Verbal). Deze test bevat nog wel wat cultuurgebonden aspecten, maar daar wordt een aantekening van gemaakt in het onderzoeksverslag.
Leerrendement?
Zorg dat je de hele schoolloopbaan in Nederland, qua scores, in beeld hebt. Het beginniveau (liefst methode onafhankelijk getoetst) en de scores van alle toetsmomenten. Er is dan een mooie lijn te zien. Het is aan te raden om dit overzichtelijk, in een A4, in beeld te brengen zodat het VO ook in 1 oogopslag de groei van de leerling ziet.
Warme overdracht
Doel van de warme overdracht
Met een warme overdracht bedoelen we een gesprek met de vervolgschool over de leerling. Dit is vaak in eerste instantie met de zorgcoördinator (voor de zomervakantie) en dan soms ook nog met de mentor na de zomervakantie. Doel van een warme overdracht is:
- Informatie over de leerling te geven.
- Geef goed aan als je denkt dat de leerling nog groeimogelijkheden heeft.
- Mee te denken met wat de leerling nodig heeft (ook op praktisch gebied, is er een computer thuis?).
- Mee te denken met de school m.b.t. ondersteuning naar de ouders toe.
- Ervoor te zorgen dat de documenten waarin alle benodigde informatie over de leerling staat bij de juiste persoon terecht komt (bijvoorbeeld mentor).
- Een afspraak te maken voor het volgende contactmoment.
Doorstroom-coördinator
Er zijn scholen, zoals de nieuwkomersschool in Haarlem, die een persoon voor Nazorg hebben aangesteld voor de leerlingen die naar het VO gaan. In Haarlem is die persoon een doorstroom-coördinator genoemd. Deze persoon is aanwezig bij het warme overdrachtsgesprek en komt daarna een paar keer op bezoek bij de vervolgschool. De doorstroomcoördinator heeft een gesprekje met de leerling als zij op de VO-school is en geeft eventuele signalen door naar de school en denkt met hen mee.
Naast de zorg voor de individuele leerling geeft de doorstroom-coördinator advies om goede opvang voor deze doelgroep in het eerste jaar te realiseren. Dat varieert van een taalklas (PRO) tot remedial teaching (HAVO/VWO) tot docenten bewust laten worden van wat het betekent om een leerling in de klas te hebben die de taal nog niet perfect beheerst.
Mooie voorbeelden
Kopklas en ondersteuning
In Haarlem is er een jaar kopklas mogelijk voordat leerlingen naar het VO gaan. De leerlingen maken in dit jaar minimaal een sprong van 15dle op 3 vakgebieden, het niveau van uitstroom is niet relevant bij selectie. Vervolgens is er ondersteuning voor het VO zodat er een doorgaande leerlijn blijft.
Topklas in Tillburg
In Tilburg is er een topklas voor leerling die op het punt staan de overgang naar het VO te maken. Deze leerlingen hebben de capaciteiten en de motivatie om naar VMBO-T of hoger te gaan, maar de taalachterstand belemmert hen bij de overgang naar de vorm van VO die bij hun capaciteiten past.
Ondersteuning voor in het VO
Leerling heeft recht op extra tijd
Zorg dat het bij alle docenten bekend is dat de leerling nog maar relatief kort in Nederland is! Dat kan door bijvoorbeeld een NT2 kaart, die de leerling op zijn tafel legt, net zoals dat bij een dyslectische leerling gebeurt. Niet iedere leerling vindt dat prettig. Je kunt ook een kaart met personalia erop gebruiken, die door de mentor verspreid wordt onder de docenten die de leerling in de klas hebben.
Inzet van Google Translate
Soms kan je met eenvoudige handvatten al heel veel bereiken. Bijvoorbeeld toestaan dat de leerling Google Translate mag gebruiken tijdens de les. Voor de leerling die een goede opleiding in het land van herkomst heeft gehad, kan even een woord vertalen helpen om de context van de tekst beter te begrijpen. Zo ook even navragen of de leerling de instructie heeft begrepen door het in eigen woorden na te laten vertellen, kan een groot verschil maken.
Ouders
Bedenk het volgende:
- De VO school is wéér een nieuwe stap!
- Begrijpen deze ouders alle brieven?
- Kunnen ze mails lezen? Hebben zij (en dus ook hun kind) een computer?
- Begrijpen ouders iets van Magister?
- Als ze niet op oudergesprek komen, wat kan daarvan de oorzaak zijn?
- Maken jullie gebruik van een tolk bij oudergesprekken?